Er is een mysterieuze lekkage in Jeanne’s huis, hoewel de leidingen onlangs nog gerepareerd zijn. De helft van de woonkamer, waaronder het bed, zit in plastic verpakt. Bij mijn aankomst gisteren werd ik verwelkomd door Caroline en Blake, vrienden van Jeanne. Ze hebben huisbaas Emilio erbij geroepen, die in alle staten is en de hele tijd roept: ‘I so sarry, I apologise’. Hij woont al 37 jaar in New York, maar spreekt nog altijd niet echt verstaanbaar Engels. Wel vloeiend Spaans, hoorde ik, toen een Mexicaan die bij hem in de keuken werkt hem kwam helpen het lek te stelpen. Emilio klom op een wankel laddertje en stak een paar stukken neerhangende kalk los. Hij veegde alles netjes op en spreidde daarna een paar witte tafellakens uit zijn restaurant uit op de vloer. De zin daarvan ontging me maar er lag plastic onder dus ik liet het maar zo. Blake had het al gezegd: ‘Je bent meteen al in een typisch New Yorkse scène beland.’

Ik maakte gisteren op straat een praatje met Emilio en hij vertelde me toen dat hij op 9/11 zijn zoon verloren heeft in het WTC. Sindsdien wil hij eigenlijk het liefste terug naar Italië.
Bij terugkomst van mijn eerste blokje om had het weer gelekt, maar toen Emilio vervolgens alle kranen bij de bovenburen stuk voor stuk openzette om erachter te komen wat het lek veroorzaakte, kwam er eigenaardig genoeg geen druppel naar beneden. Hij liep hoofdschuddend rond en zei wel een keer of drie: ‘Is no funny, I go crazy.’ Ik beloofde hem te zullen roepen zodra het weer ging lekken.
Om acht uur lekte het schuimwater. Emilio was druk bezig pizza’s te bakken maar kwam toch kijken. Er kwamen weer flink wat Italiaanse krachttermen aan te pas en net als eerder veegde hij onder het gemompel van veel mamma mia’s de kalkklodders bij elkaar. De loodgieter die de vorige reparatie heeft uitgevoerd is de stad uit en komt pas maandag terug. Toen ik vroeg waarom er geen andere kon worden gebeld hield Emilio een heel verhaal waar ik vrijwel niets van verstond.
Tegen tien uur, ik lag doodmoe van de jetlag al te slapen op de bank (het bed zit in plastic verpakt), begon het plafond opeens weer heftig te druppelen. Er kwamen klodders kalk mee en de twee gaten die eerder waren ontstaan werden nog groter. Het hield maar niet op, iemand was kennelijk lekker uitgebreid aan het douchen. Ik rende weer naar beneden maar de pizzeria was al gesloten. Van de bovenburen deed er maar een open, een dikke zwarte vrouw die meteen in de verdediging schoot: ‘Ik heb het niet gedaan, ik zat tv te kijken.’
Vanmiddag heeft Caroline me geholpen de televisie en de boekenkast te verplaatsen naar veiliger plekken. Het scheelt in elk geval in mijn gemoedsrust. En nu maar hopen dat de loodgieter maandag daadwerkelijk komt en het mysterieuze lek weet op te sporen. De Mexicaan, die naar eigen zeggen al 22 jaar voor Emilio werkt, kwam vanochtend even kijken. Volgens hem is Emilio wel van goede wil, maar is de lekkage een structureel probleem. De huizen hier zijn oud, zei hij, de leiding is niet op één plek stuk, het hele zaakje is versleten en eigenlijk is het gebouw dringend aan renovatie toe. Ik hoop er maar het beste van. Vandaag bleef het gelukkig droog.